Uit mijn archief (2003). Wat eerst gewoon een groot brok steen lijkt, blijkt ineens een ijzermeteoriet, die miljoenen jaren geleden zo hard neerstortte dat de atmosfeer verstoord raakte en culmineerde in uitstervingsdrama’s.

De publiekscatalogus van Naturalis (2003) vertelt het verhaal van de aarde, met alles wat erop leeft. De museumgids is een lens waarmee de bezoeker tentoongestelde objecten bekijkt. Je zoomt in op die objecten, tot op de huid van een insect. Of je zoomt uit en ziet ineens het grotere geheel.

Naturalis en ik schreven de teksten van die 2003-catalogus. Ik kreeg fraaie anekdotes en wetenschappelijke artikelen aangeleverd en schreef over Reuzenpaardestaart, Wolharige mammoet en Kaapse Leeuw. Fascinerend is het Schedelkapje van de  Javamens, of neem de Fulguriet, een bliksembuis die van vandaag op morgen kan ontstaan.

De catalogus maakte bijna veertig natuurmysteries toegankelijk. Dat kan verrassen, zoals het verhaal van de victoria lelie die zweetbijen gijzelt. Of onthutsen, als blijkt dat de Tasmaanse wolf pas beschermd werd toen het laatste exemplaar in de dierentuin gestorven was. En intrigeren, wanneer de menselijke genen in stier Herman het begin blijken van gekloonde schapen en gekloonde mensenbaby’s. In Naturalis in Leiden kun je het allemaal bekijken!

Met hier nog even een paar ogenschijnlijk eenvoudige eerste zinnen uit die catalogus, een fascinerend ambacht blijft het, schrijven, want deze zinnen trekken je wel elk artikel in, hoop ik.

Als kind al zocht Eugène Dubois naar fossielen in de Limburgse Sint Pietersberg.

De oppervlakte van de aarde kan worden gezien als een vrijwel ronde legpuzzel die uit elf stukken bestaat.

Vulkanen zijn geliefd en gehaat. Veel mensen wonen graag aan de rand van een vulkaan. De bodem is er vruchtbaar en rijk aan mineralen.

En hieronder het complete artikel over het Schedelkapje, of als je de huidige tekst over dit fenomeen wilt lezen, kijk dan even op de Naturalis website

De spannende kwestie is of deze originele schatten van vroeger in Leiden, in Europa, bewaard moeten blijven, of dat ze horen te worden tentoongesteld in de buurt van het oorsprongsgebied, op Java. De teruggave van menselijke overblijfselen van begin twintigste eeuw uit Duitse musea naar Afrika (Namibië) is misschien wel één van de topjes van flink wat ijsbergen. De schedels van de Herero, de Ovaherero en de Nama-volkeren, zijn deze nu wel, of helemaal niet, vergelijkbaar met het schedelkapje van de Javamens? De omstandigheden niet, de tijd niet, de objecten wel? Zijn alle wereldburgers erfgenamen van de Javamens? Of zijn sommigen dat meer dan anderen? En wie past erop en laat het zien aan alle erfgenamen en soortgenoten? Dit zijn andere, toekomstige mensenmysteries …

Schedelkapje van Javamens Tekst Catalogus Naturalis 2003 / p.13. ‘Dit is de schedel van de ‘rechtopgaande aapmens’ van Java, een vroege mens van ongeveer één miljoen jaar geleden. De vondst was het eerste bewijs dat evolutie ook voor de mens geldt. De Javamens is daarmee van grote wetenschappelijke en emotionele waarde. Het object is het kostbaarste bezit van Naturalis en bevindt zich achter kogelvrij glas.

De Nederlander Eugène Dubois vond deze schedel in 1891 in de oeverwand van de Solorivier bij het dorpje Trinil op Java. De schedel was te groot voor een aap en te klein voor een mens. Ter plekke trof hij ook een kies en een dijbeen aan. Uit de vorm van het dijbeen concludeerde hij dat deze ‘aapmens’ rechtop had gelopen. Daarom beschouwde hij zijn vondst als een bewijs voor de evolutionaire ontwikkeling van de mens. Dubois gaf de fossielen de naam Pithecantrhopus erectus (rechtopgaande aapmens). Tegenwoordig wordt hij Homo erectus (rechtopgaande mens) genoemd.’