De school in Golzow ‘is gered door Syrische vluchtelingen’. Twee kinderen uit vluchtelingsgezinnen kwamen in de eerste klas van de basisschool en konden samen met de 14 Golzower kinderen toch nog een klas – het minimum aantal leerlingen is 15 – vormen. Het bericht kwam binnen, terwijl ik dit artikel schreef, gepubliceerd in het themanummer Tijd van Sociologie Magazine.

De titel van het artikel – Immigranten in de tijd – is volledig te danken aan de antropologe Margaret Mead, die schreef: ‘All of us who grew up before the war are immigrants in time, immigrants from an earlier world, living in an age essentially different from anything we knew before. The young are at home here. Their eyes have always seen satellites in the sky.’

Haal ‘before the war’ uit deze quote, of maak er desnoods ‘during or after the war’ van en je hebt een prachtige, universele en zingevende toekomstquote. En deze inleiding is veel te lang; het past bij filmers die een halve eeuw gewone mensen volgen.

Immigranten in de tijd / Levensloopdocumentaires als denkvoer

gepubliceerd in: Sociologie Magazine Nr. 4 december 2015: pp.18-20. Met veel dank aan de redactie en eindredacteur Jacob Moerman en vooral ook die vasthoudende filmers.

De levensloopdocumentaires Die Kinder von Golzow, de 7 Up-series en Born in the USSR definiëren de wereldgeschiedenis middels het vertonen van mensenlevens. En dat steeds opnieuw.

In verschillende reeksen volgen en portretteren documentaire-filmmakers de levenslopen van gewone mensen. En dat levert fascinerende inzichten op. De Kinder von Golzow is de oudste levensloopserie en de eerste in het genre reality-film en -televisie. Begonnen in 1961 in zwart-wit in de bioscoop, volgde de Duitse filmer Winfried Junge, later met zijn vrouw Barbara, kinderen uit een schoolklas in Golzow met de geboortejaren 1953, 1954 en 1955. Golzow is een gemeente in de deelstaat Brandenburg aan de oostgrens van de toenmalige DDR.

De bekendere Britse equivalent, de 7 Up-series begon in 1964 met een groep van achttien verschillende zeven-jarigen. In 2013 verscheen 56 Up, daardoor de langste levensloopserie. Filmer Michael Apted hoopt als 99-jarige filmmaker zijn 84 Up te kunnen filmen. ‘The human face was the big currency‘, zegt Michael Apted over de waarde van zijn films. 7 Up is een instituut geworden, het format kreeg van Japan tot de Verenigde Staten en Zuid-Afrika navolging. Een fascinerende opvolger is getiteld Born in the USSR  en biedt inkijk in globalisering en migratie.

Sociologie en film

De longitudinale levensloopdocumentaires behoren tot het lievelingsfilmvoer van sociologen. Waarschijnlijk omdat je er allerlei sociologische denkgereedschappen op los kunt laten. Van het Thomas-theorema tot diverse sociologische levenslooptheorieën; de rijke, journalistieke beeld-datasets maken vrije denkexercities mogelijk. De sociale werkelijkheid vloeit als het ware rijkelijk over je beeldscherm.

Dit is de oorspronkelijke charme van reality-tv. Niet de beroemdheden, niet de machtselite vult het beeld, maar redelijk gewone, unieke mensen en hun interpretaties van de sociale werkelijkheid. De omstandigheden – wederopbouw, een dictatuur, een duaal-elitair onderwijssysteem, ongelijke kansen – moeten door de betekenismolen der ‘gewone mensen’ en dan is er gedrag. Dat nadert het Thomas-theorema, een van de meest bekende citaten der sociologie: If men define their situations as real they are real in their consequences. Dit citaat legt een kiem van macht en zelfbestemming bij individuen. Als zij hun situaties als werkelijk bestempelen, dan zijn deze definities ook werkelijk in hun gevolgen.

Het beroemde citaat stamt uit The Child in America (1928) van William I. Thomas en Dorothy Swaine Thomas. Nu is dat een studie naar probleemjongeren, maar het past ook goed bij de start van de levensloopdocus met de Duitse, Britse en Russische zevenjarigen. Eigenlijk is het Thomas & Thomas-theorema een soort kogelvrij kennisvest dat beschermt tegen platitudes, tegen te grove, onderdrukkende generalisaties waarin de mens als handelend wezen buiten beeld raakt. Met die ogenschijnlijk simpele formule: de sociale werkelijkheid = omstandigheden + interpretatie.

Levensloopsociologie

De kijker weet dat er de komende jaren iets heel erg zal veranderen in de omstandigheden van de geportretteerde ‘kinderen’ van Golzow. De opkomst van de DDR wordt gevolgd door haar ondergang met de val van de muur in 1989 en de snel volgende Duitse eenheid. De gefilmden stormen met hun geboortejaren 1953, 1954 en 1955 in hun midlife op die historische gebeurtenissen af. Alleen weten zij dat zelf nog niet en dat maakt het kijken erg spannend, vooral van een levensloop als die van Gudrun, die anders in de geschiedenis ondergesneeuwd raakt.

Gudrun, dochter van Arthur Klitzke, is in 1961 het grootste meisje in de eerste klas en een van de snelsten en slimsten qua praten, lezen en schrijven. Na zeven jaar zien we haar opnieuw en als veertienjarige verveelt ze zich stierlijk en hangt in en over de schoolbanken. Vader Arthur is een partijbons, zit ferm in de SED, de Sozialistische Einheitspartei Deutschland en is leider van het collectieve landbouwbedrijf dat in 1975 omgedoopt wordt tot ‘LPG Pflanzenproduktion 30. Jahrestag des Sieges’. De Sieg, zege, slaat op het overwinnen van het fascisme. Inmiddels zijn steeds meer (Oost-)Duitse kijkers de lotgevallen van Gudrun en de Kinder von Golzow gaan volgen en noemen ze het later ook wel Het Dallas van het Oosten, naar de jaren-tachtig-soap over de Amerikaanse familie Ewing.

Na haar middelbare school begint Gudrun, licht opstandig en tegen de zin van haar vader, aan een opleiding tot kokkin. Maar met 20 jaar heeft ze zich in haar vaders en het gareel van het systeem gevoegd, doorloopt een partijkaderloopbaan en wordt klaargestoomd voor een vorm van leiderschap in de DDR-staat. In 1984 is Gudrun met 34 jaar burgemeester van het Golzower buurdorp Genschmar. ‘Ach van alles (…) ik hoef niet alles op te sommen, het is te zien’, antwoordt ze op de vraag wat er bereikt is, terwijl ze de filmers rondleidt in het, naar kapitalistische standaard, bescheiden aandoende dorp.

In 1987 vragen de filmers haar of ze wel eens twijfelt aan de zin van haar werk. ‘Nee, als ik dat zou doen, zou ik ophouden’, antwoordt ze. In 1988, gevraagd naar Gorbachows Perestroika-politiek, kan ze kritischer zijn over de lokale bureaucratie en zegt dat het haar ‘te veel papierkraam is’ en pleit voor ‘meer eerlijkheid’. Na de val van de muur in 1989 filmen de Junges haar opnieuw: oud-burgemeester Gudrun is werkloos en zwaar teleurgesteld, vooral ook over haar eigen partijgenoten, nu veel corruptiezaken aan het licht komen. Ze blijft standvastig: ‘So grundverkehrt war das alles nicht‘.

Levensloopdocumentaires

Veel landgenoten zullen uiteindelijk naar het Westen vertrekken. En wat doet Gudrun? Hoe definieert zij haar situatie? Naar de continuïteitstheorie in de levensloopsociologie zouden mensen het gelukkigst zijn wanneer ze erin slagen tijdens hun levensloop bepaalde lijnen voort te zetten. Een empirisch vastgestelde realiteit: zo blijken mensen die zich voornemen te gaan reizen wanneer ze met pensioen gaan, dit meestal alleen te doen als ze voorheen ook al reisden. Van echte breuken met het verleden is in de latere levensloop dus vaak geen sprake. Ook Gudrun bezit, met vele andere karakters in de levensloopdocumentaires, deze continuïteitsdrang. Zij doet eerst even niets.

Als kijker ervaar je een vreemd soort empathie met die continuïteitsdrang, in de hoop dat ze haar leven kan voortzetten, ook al was er zoveel fout. In het gewone leven in een dictatuur kan zelfs achteraf veel fout zijn geweest. De crux zit ‘m in ‘het achteraf’. Wanneer begint dat? ‘Het achteraf’ begint wanneer mensen terugblikken. In de levensloopdocumentaires is fraai te zien hoe levenslopen versnellen, ofwel, naar Thomas & Thomas’ theorema: de definitie van de situatie krijgt een andere tijdfocus. Mede onder invloed van de film en de interviews kijken de gefilmden al vroeg in hun leven terug, waardoor ze snel oud worden; het is alsof hun levens in een stroomversnelling komen.

Met een shot van de stromende rivier de Oder startte filmer Winfried Junge zijn levenswerk. Vergezeld van Heraclitus’ uitspraak: ‘Je kunt nooit twee keer in dezelfde rivier stappen.’ Het water stroomt steeds opnieuw. Na 400.000 meter film is in 2007 in Golzow inderdaad geen leven meer zoals voorheen. En dat van de levensloop-stroomversnelling, dat gold voor de DDR en geldt zeker voor jongeren uit de voormalige Sowjet-Unie.

Born in the USSR

Het gevoel van een te snel gelopen identiteitsrace wordt vertolkt in Born in the USSR, een van de interessantste 7 Upseries. Sergei Miroshnichenko startte de serie in 1991 met hulp van de Britse 7 Up-regisseur Michael Apted en voltooide in 2012 zijn28 Up. Deze immigranten in de tijd groeiden op met Lenin en satellieten, maar ook met het internet. Aan bod komen revoluties, zoals de revolutie en onafhankelijkheid van Kirgizië. En de niet-vrijwillige migratie in de levenslopen van bijvoorbeeld Nastya en Almaz. Born in the USSR is overigens opvallend ‘zapperiger’. Voltrok Gudruns leven in beeld zich nog relatief traag, Born in the USSR gaat minstens dubbel zo snel voor- en achteruit.

‘Misschien had ik meer kunnen doen, meer kansen kunnen hebben’, zegt Dima met 28. Hij migreerde naar Berlijn en daarna weer terug naar Rusland. De omstandigheden blijven altijd spannend. Over de aanslag op de Twin Towers op elf september 2001 zegt Nastya met 21: ‘net goed’, met 28 verontschuldigt ze zich voor die uitspraak en klaagt over atropische, slinkende sociale verantwoordelijkheid. Ze voelt zich wel rijk. Maar wat is rijkdom? Volgens de zevenjarige Nastya hebben rijke mensen ‘alles’ (….) ‘appels en peren, druiven en tomaten en komkommers. (..) En land.’ En is de 28-jarige Nastya rijk? Inmiddels is ze gevlucht uit Kirgizië en woont in een apartement in Krasdonar, een Russische stad met meer dan 600.000 inwoners. Ze heeft geen land en nee, ook de flat is niet van haar. Is ze rijk? `Ja’ antwoordt ze volmondig op de ‘Ben je rijk-vraag’, want ze heeft ‘echtgenote en kinderen en ouders.’

Existentieel tijdsperspectief

Zo lijken bij de Russische 28-jarigen al op relatief jonge leeftijd twee tijdslijnen elkaar te kruisen. De toekomst wordt kleiner dan het verleden. Voornemens worden minder, het terugblikken groeit, er komt een ‘achteraf’. Ieder mens ervaart dat, tenzij je het forever young koppig blijft vieren. Dit besef van eindigheid en het besef dat er meer verleden verzameld wordt en minder toekomst aan toe te voegen is, noemt gerontologe en psychologe Freya Dittman-Kohli ook wel het ‘existentieel tijdsperspectief’. Het achievement-syndroom vlakt af: het gaat minder om de arbeidsprestatie van het moment, het hedonisme wordt minder en het gaat meer om de levens van de jongere generaties en om het terugblikken.

Is een samenleving al op relatief jonge leeftijd terminaal, zoals de DDR en de Sowjet-Unie, dan ervaren haar burgers een enorme versnelling door een verwarrende en niet-passende mix van heden en verleden, je zou het een migrantschap-in-de-tijd kunnen noemen. Ooit evalueerde een burger de gevoelde veranderingen in Oost-Duitsland na 1990 met: ‘Alles is veranderd, alleen het alfabet is hetzelfde gebleven.’

Als de generatie van Gudrun in 2007 de 50 jaar is gepasseerd, is een flink aantal van de kinderen van Golzow werkloos, of in een vervroegd pensioneringstraject. Gudrun volgt een omscholing, wordt boekhouder in het ‘westen’, in Karlsruhe, toevallig en eigenlijk betekenisloos de partnerstad van Krasdonar, de stad waar Nastya uit Born in the USSR woont. Gudrun keert uiteindelijk terug om haar ouders te verzorgen en om weer werk in de buurt van Golzow te vinden. De arbeid, in het oude land zo hoog aangeschreven, is er niet meer voor iedereen. De standaardlevensloop, met de fasen opleiding, arbeid/zorg en pensioen, bezat een fast forward-knop.

Literatuur:
– Freya Dittman-Kohli 2007. Temporal References in the Construction of Self-Identity: A Life-Span Approach –  in: Jan Baars and Henk Visser. Aging and Time / Multidisciplinary Perspectives. Baywood Publishing.
– Barbara Junge, Winfried Junge, Dieter Wolf  2015. Die Kinder von Golzow – Das Ende einer Langzeitbeobachtung 1961-2007. Marburg: Schüren Verlag.

 

ES / dec. 2015.