De sage uit 1427 verhaalt van het ontstaan van een enorme stenen dam. De monniken van het klooster Doberan maakten samen met de boeren uit de omgeving een muur van stenen en hout tegen de opkomende zee. Meerdere dagen achtereen werkten ze. In nood riepen de monniken God aan. Toen draaide de wind plotseling en baarde de zee een enorme stenen dam. ’s Ochtends zagen de monniken en de boeren die naar zee gingen de hoge dam van God en noemden zij de plaats Heiligendamm.

Heldendom en verval

Heiligendamm nu (dit artikel verscheen in glossy print in 2003 ES) is voor Duitsland wat Deauville voor Frankrijk is, Knokke voor België of Hamptons voor New York. Een badplaats die streeft naar grandeur. Voor Heiligendamm is dat bijzonder. Want na driekwart eeuw roerige Duitse geschiedenis van de twintigste eeuw was die grandeur wel verdwenen. De witte villa’s waren grauw, de promenade weggesleten, winkels en restaurants dichtgetimmerd. Op de villa's verschenen namen van socialistische helden en heldinnen als Maxim Gorki en Rosa Luxemburg. Slenterend tussen de afbladderende gevels en overwoekerde imposante entreepartijen kun je je blijven verwonderen over de drama's die dit land heeft doorgemaakt. Wie nu afreist naar Heiligendamm kan die bijzondere sfeer van heldendom en moreel verval nog proeven, nog net voor de bouwfirma's alle sporen van de twintigste eeuw hebben uitgewist.

De grandeur van de negentiende eeuw wordt in ere hersteld. Heiligendamm staat bekend om zijn gezonde combinatie van boslucht en zeebries. De losstaande villa’s liggen als een witte paarlenketting aan het strand. Er is geen duinenrij, geen hoogbouw, er zijn geen strandpaviljoens, geen friettenten. (gelukkig wel ijs, ES 2021). Heiligendamm is een cultuurmonument en de investeerders die Heiligendam hebben geadopteerd respecteren dat. Met een mega investering van € 232 miljoen blazen zij, verenigd in de Fundus-groep, Heiligendamm nieuw leven in (dit is niet helemaal goed afgelopen, lees alhier). De renovatie is in handen van een Amerikaans architect, Robert A.M. Stern. De eerste villa’s zijn inmiddels hersteld en worden, opgedeeld in appartementen, verkocht. Het grand hotel wordt verbouwd en krijgt 50 suites. Het moet een oase voor lichaam en geest worden, het hele jaar door. Een ‘wellness resort’ met acupunctuur, reflexologie, osteopathie, thalassotherapie, hydrotherapie en yoga.

Fris zeewater

‘De ware luxe van onze tijd is tijd’, schrijft de nieuwe groep eigenaren van Heiligendamm (begin 2000s). Het haasten per jet naar de Caribische kusten of naar Mauritius of Bora Bora is voorbij. Het gaat om rust, tijd en aandacht. En Heiligendamm heeft van oudsher een sfeer die daarbij past. De badplaats ligt op een vier kilometer lange, veertig kilometer brede en vier meter hoge steenlaag uit de ijstijd. Deze steenlaag beschermt het binnenland tegen de Oostzee. In 1794 werd Heiligendamm Duitsland’s eerste kuuroord. Het jaar ervoor had de natuurkundige en filosoof Georg Lichtenberg zich nog verwonderd over het feit dat Duitsland geen echte badplaats had. De geneeskundige professor Samuel Gottlieb Vogel bekommerde zich om Heiligendamm en schreef een brief aan Hertog Friedrich Franz I van Mecklenburg waarmee hij de hertog overtuigde van de noodzaak van een groot badhuis. Met het geld van de hertog en de kennis van de geneeskundige ontstond een kuuroord met een ware kuurcultuur.

Los baden in de vrije en koude zee was toen nog ondenkbaar; het gezonde zeewater werd getransporteerd naar overdekte baden. Het eerste overdekte zeebad was een soort schuur met elf ovale houten baden en een koperen bad ter verwarming van het water. Er waren twee badschepen; boten met in het midden een badkamer en in de bodem gaten waardoor fris zeewater opborrelde. Zeeziekte bleek een behoorlijk probleem en de boten maakten al snel plaats voor badenkarren.

Ezelinnenmelk en zeewier

In de badenkarren werden de badgasten met een paard naar zee gerold. Daar klapte men een trap uit met een touw eraan voor niet-zwemmers. Ook konden de gasten een tent ontvouwen die bescherming bood tegen nieuwsgierige blikken. Eind negentiende eeuw waren meer dan dertig badkarren in gebruik, vooral door vrouwen. Het kuuraanbod bestond ondermeer uit het drinken van ezelinnenmelk en insmeren met zeewier. En in de traditie van Sebastian Kneipp, grondlegger van de kruidenbaden, werden kruiden toegevoegd aan het zeewater in de overdekte baden.

Tsaren en dichters

Heiligendamm was het zomerverblijf van beroemdheden. Daar was de Russische tsarenfamilie, de Britse admiraal Nelson en Koningin Luise van Pruisen. Zij genoten van Heiligendamm, gelijk de vele schrijvers en dichters die er hun zomerverblijf hadden. ‘Rust en frisse lucht’, berichtte de dichter Theodor Fontane over het landschap. De dichter en schrijver Rainer Maria Rilke roemde de combinatie van zee- en boslucht. Rilke zwierf elke dag door de velden, genoot van rode rozenstruiken die afsteken tegen de donkere luchten van een onweer. De schrijvers vonden er inspiratie en rust en genoten een, naar onze maatstaven ongekend, overschot aan tijd.

Over wat zich precies afspeelde in de avonduren, verzon de buitenwereld van alles. Heimelijke speelclubs, het societyleven en verborgen romances. Daarvan berichtte de Duitse dramaschrijver Hermann Sudermann toen hij in 1880 in Heiligendamm verbleef. Maar de dichter Rilke klaagde juist over de herrie die gepaard ging met de feestjes na de paardenrennen. Hij hield meer van de eenzaamheid tijdens een avond aan zee.

Met het nationaal-socialisme kwam een einde aan die rust. In de jaren dertig ontving de Nationaal-Socialistische organisatie Kraft durch Freude duizenden partijleden. Rijksmaarschalk Hermann Goehring had er zijn zomerverblijf en tijdens de tweede wereldoorlog werd er een marineschool gevestigd. Als door een wonder werden de villa's niet gebombardeerd. Na 1945 zijn ze gebruikt als vluchtelingenopvang voor de Duitsers uit het oosten. Met de DDR-dictatuur werd het een opvangoord voor de werkenden en dan vooral de staatselite. In de jaren negentig, na de val van de muur, was de stad verlaten.

Europa's kuurcultuur

Het heftige Europa van de twintigste eeuw is in Heiligendamm vervangen door de oude charme, waarvoor Amerikanen Europa zo benijden. Een unieke combinatie van Baltische kust, Italiaanse bouwstijl en Duitse romantische dichterskunst. Bij die sjieke Europese badcultuur hoort geen ordinair openlijke consumptie. Dineren of lunchen doen gasten aan een tafel in een restaurant. En flaneren gebeurt niet in weinig verhullende badkleding, maar discreet en klassiek. Op het strand heeft iedere gast van het hotel de beschikking over een eigen rieten strandstoel, de ‘Strandkorb’; een strandstoel met een uitschuifbaar voetenbankje en een armleuning om een drankje op te zetten. Om een boek te lezen, uit te staren over de zee, of de stoel mee te draaien met de zon. Op het strand een handdoek uitspreiden achter een windscherm kan natuurlijk ook, het strand is vrij toegankelijk. Maar wie dat doet, voelt de ogen van de villa’s in de rug prikken. En de priemende blikken van de Amerikaanse toeristen die in wit pak genieten van de grandeur van Europa's kuurcultuur.


Dit is een artikel uit mijn archief en verscheen onder de titel DE WITTE STAD AAN ZEE in: Villa d’ Arte, nov./dec. 2003. pags. 106-111. Hieronder volgt voor de juistheid nog de inleiding van toen, maar omdat de tijd wel hectischer geworden is en ik bij deze inleiding en vooral de laatste zin anno 2021 toch wel mijn vraagtekens zet, plaats ik het nu onderaan. Maar die beukenbomen staan gelukkig nog en het blijft interessant, want toen, in 2003, schreef je 'wellness resort' nog tussen aanhalingstekens;) 

"De Duitse badplaats Heiligendamm brengt Scandinavische rust, Italiaanse grandeur en Duitse dichterskunst samen. Een ensemble van witte klassieke villa's prijkt aan een kalme Oostzee. Beukenbomen met grijze stammen markeren statig een eenzame klif. In Heiligendamm draait het om rust en de ziel."
Beuken aan zee bij Heiligendamm: combinatie van zee- en boslucht.